positief-atheisme
21 05 07 - 00:00 - Categorie: netwerk, netwerker
Hoezo: Positief Atheïsme?
Allereerst een definitie: Atheïsten geloven niet dat goden bestaan (het 'zachte' atheïsme) of, geloven dat goden niet bestaan (het 'harde' atheïsme).
Wat wordt dan bedoelt met de term 'Positief Atheïsme'?
Eigenlijk willen we hiermee alleen benadrukken dat atheïsme naar onze overtuiging altijd een positieve levenshouding inhoudt, want men erkent immers de werkelijkheid in plaats van de mythe te aanvaarden, en ziet de eigen verantwoordelijkheid onder ogen, in plaats van zich te beroepen op de door een fantoom bepaalde voorbestemming. Positieve atheïsten leven dus niet lijdzaam in afwachting van wat een denkbeeldige God uiteindelijk voor plannen met deze wereld heeft, maar zijn zich terdege bewust dat de toekomst van de wereld door onszelf bepaald moet en kan worden, en aanvaarden die eigen verantwoordelijkheid. Overigens wordt hiermee niet beweerd dat alleen atheïsten een dergelijke positieve instelling huldigen. Ook veel ongelovigen (die niet persé atheïst hoeven te zijn) en zelfs het weldenkende deel van de gelovigen houden er een minder fatalistische levenshouding op na.
Welkom op Positief Atheïsme, de site voor mensen die zelfstandig durven denken, vrij van religie en dogma.
De gelovige gelooft,
maar de ongelovige denkt zelf
Maar tegelijkertijd beseffen we dat het begrip atheïsme ook een ontkenning inhoudt, de ontkenning dat goden bestaan, en de associatie met bijvoorbeeld negatieve begrippen als asociaal of analfabeet kan zich opdringen. De gelovige is geneigd de nadruk op die ontkenning te leggen, en denkt zelfs in zijn arrogantie dat atheïsme ook een ontkenning van de ethiek betekent. Zonder daar verder over na te denken, vereenzelvigt hij of zij ethiek immers met het gehoorzamen aan de geboden van een fictieve god, zoals die door mensen in de primitieve oudheid bepaald werden.
Om de oorzaak van dit wijdverspreide misverstand te begrijpen, moeten we bij de historie te rade gaan. Eens was religie oppermachtig; een ongelukkige periode van stilstand — en achteruitgang — in de ontwikkeling van de westerse wereld die nog steeds wordt aangeduid als de Duistere Middeleeuwen. De kerk beschikte toen nog over sterke argumenten — zoals de brandstapel — om de massa van haar gelijk te overtuigen. Tegenwoordig moet ze zich weliswaar behelpen met de indoctrinatie van onschuldige kinderen, maar die beperking moest wel eerst door de verlichte gemeenschap op de kerk bevochten worden. Theïsme was toen dus de norm, atheïsme was de uitzondering. En atheïsme bekennen was zelfs levensgevaarlijk. Pas na de Verlichting verspreidde zich op grote schaal het idee van de in vrijheid geboren mens, die het bestaan van goden durfde te ontkennen. en het bedrog van de geestelijkheid doorzag. Van de opbloei van wetenschap en cultuur die daar het gevolg van was, profiteren we nog steeds, en steeds meer. Ook de christenen.
De Denker van Auguste Rodin
Want van de talloze goden die de mens zich gedurende zijn lange ontwikkeling heeft ingebeeld, wereldwijd en in diverse culturen, erkent de monotheïstische gelovige er nu ook nog maar slechts één, met uitsluiting van al die anderen. Welnu, de atheïst ontkent ook het bestaan van deze laatst overgebleven god, en doet dat op beredeneerde gronden.
Met het benadrukken en afkeuren van dit ene verschil in persoonlijke overtuiging dragen christenen zo weer hun steentje bij aan de onderlinge verdeeldheid van de samenleving, nadat ze eerder al ook die bonte verscheidenheid van andere christelijke meningen afgewezen hebben.
Bewuste atheïsten daarentegen leven naar algemeen aanvaarde ethische normen die een humane samenleving bevorderen, niet onder bedreiging van hel en verdoemenis, maar uit eigen beredeneerde overtuiging. Atheïsten nemen zelf verantwoording voor hun daden, in het hier en nu, op deze aarde en in dit leven, omdat er maar één enkel en eindig leven mogelijk is. Het is om die reden dat wij atheïsme als een positieve levenshouding beschouwen en propageren.
'Religie ondersteunt niemand. Het moet ondersteund worden. Het produceert geen tarwe, geen maïs; het ploegt geen land; het velt geen wouden. Het is een eeuwige bedelaar. Het leeft van de arbeid van anderen, en heeft dan de arrogantie voor te wenden dat het de gever ondersteunt.'
Robert G. Ingersoll in "A Christmas Sermon" als afgedrukt in de Evening Telegraph van 19 december, 1891
Contact: Mail Peter van Montfoort
Website: www.positief-atheisme.nl
Auteur: positief-atheisme
Dit artikel is 2648 keer gelezen.
