Atheïsten aller landen verenigt u
19 12 10 - 18:48 - Categorie: maatschappij Atheïsten zijn eigenlijk genoemd naar iets wat aan hen zou ontbreken, namelijk een geloof in god. Maar in werkelijkheid houden atheisten zich niet zo bezig met het bestaan van god. Atheïsten zijn bezig met de wereld op zichzelf en trekken daar conclusies uit. Dat is iets anders dan bij alles de vraag stellen: hoe kan ik dit of dat verklaren zonder god. Het woord 'atheïst' kun alleen verzinnen als je bent opgegroeid mét een godsbesef. In het hoofd van de atheist komt het niet op. Maar wat zijn atheïsten dan wel, en wat voor belangen moeten ze verdedigen?
Wie god niet kent die mist iets.
'Gelovig zijn' wordt een goede eigenschap gevonden. Wie zegt dat hij gelovig is, lijkt meteen al een goed en betrouwbaar mens. Maar de vraag is waar gelovigen dan in geloven. We denken soms aan een man met een grijze baard die vanaf een wolk de weersverschijnselen regelt en de gebeden verhoort. God zou de schepper zijn van de aarde, de mensen en het universum, en hij moet worden geprezen voor het leven dat hij ons heeft gegeven en de wereld die hij voor ons heeft geschapen.
Vele wetenschappers bestuderen tegenwoordig de natuurverschijnselen met steeds beter wordende waarnemingsinstrumenten, steeds betere methodes, hun theorieën voortdurend blootstellend aan kritiek. Iedere keer weer blijkt dat de natuur het op eigen houtje afkan. Nog nooit zijn er bovennatuurlijke krachten en wonderen waargenomen. De bliksem, de regen, de zon en de maan, het leven, nergens is ooit de hand van god waargenomen, nooit is hij ergens nodig geweest, en nooit is er een plaatsje gevonden waar hij zijn werk had kunnen doen, zelfs niet tussen de gaten. Zelfs het universum is geëovolueerd.Een schepper, wat je je daar ook bij moet voorstellen, heeft nooit zomaar de hemellichamen en de aarde geschapen. Welk materiaal zou hij daarvoor ook gebruikt moeten hebben? De zware elementen en grote moleculen waar de moderne hemellichamen en het leven mee zijn samengesteld kwamen pas voor na een eerdere evolutionaire fase van het heelal, tijdens welke alleen de lichtste elementen waterstof en helium bestonden. Pas nadat de eerste sterren in dit vroege heelal door kernprocessen explodeerden, werden de grote elementen waaruit later complexere moleculen zijn gevormd het heelal in geslingerd. Hoe zou god uit het niets opeens aan die complexe moleculen zijn gekomen die nodig waren voor het vormen van de hemellichamen, de aarde en het leven?
Ethische bewijzen en de bewijslast
Op concrete vragen van deze orde volgt geen duidelijk antwoord. De discussie verschuift dan naar de stelling dat moord en doodslag allemaal is toegestaan als god niet bestaat - een god die notabene volgens zijn eigen boek zelf de grootste genocidepleger was en bepaalde dat iedereen die zich niet aan zijn wetten hield ter dood moest worden gebracht - een god dus die verantwoordelijk was voor het moorden door velen van zijn volgelingen.
Nog bonter, in plaats van dat wij antwoorden krijgen op de vragen wat die god dan is, en waaraan je kan zien dat hij bestaat, worden wij opgezadeld met de bewijslast. Wij moeten bewijzen dat dit onwaarneembare 'ding', waarvan we geen flauwe notie hebben wat de gelovige ermee bedoelt, en hij zelf ook niet, niet bestaat!
De bewijslast wordt dus gelegd bij degene die zich geen enkele voorstelling kan en wil maken van deze almachtige sprookjesfiguur, die de wereld zou hebben geschapen, in stand houdt, en de mensen controleert, straft en beloont voor hun doen en laten. Gelovigen zelf hoeven geen moeite te doen om hypotheses op te stellen over het wezen van de goden, en onderzoeksmethodes op te stellen om de aanwezigheid van hun god te meten of zijn werkwijze te bepalen. Een gelovige heeft zijn geloof, en dat is het bewijs. Degenen die zich liever richten op de materiële wereld om de problemen van het bestaan op te lossen worden van 'ongeloof' beschuldigd, en moeten legitimeren hoe zij zich zomaar door het leven slaan zonder godsbesef.
Atheologie
Het woord 'atheist' is ooit in het leven geroepen door de aanhangers van bepaalde godsdiensten, die het aanhangers van andere godsdiensten verweten dat ze de officiële goden afwezen. Later werd het doorgetrokken naar mensen die helemaal geen belangstelling hebben voor goden, alsof ze zich hier überhaupt mee bezig houden.
Michel Onfray wijst er in zijn boek Atheologie op dat de term atheïsme werd gebruikt vanuit een ‘beledigend, oordelend perspectief’ van gelovigen. Het is geen benoeming waarmee de ongelovige zichzelf kwalificeert. Het is een titel die wordt gekenmerkt door een afwezigheid - vanuit de perceptie natuurlijk van mensen die zelf wel bekend menen zijn met dit ontbrekende 'ding'. Het enige wat je van ongelovigen blijkbaar kan zeggen is dat ze iets missen. Dit staat in contrast met de begrippen waarop veel ongelovigen zich zelf karakteriseren, zoals bijvoorbeeld humanist, realist, vrijdenker, secularist, rationalist, materialist, positivist en andere namen die een positieve wereldbeschouwing impliceren.
Wie niet in de heersende god gelooft, is een atheïst, en dus immoreel, gelijk aan de duivel. De atheïst wordt gelijkgesteld aan de grote ‘tegenstrever’, het kwaad zelf, waartegen moet worden opgetreden.
Doelstelling van de atheologie: wetenschap zonder god
Als dit de achterliggende gedachte is van de karakterisering 'atheïst', zegt Onfray, moet het atheisme zich ook maar gaan bezighouden met het uitleggen waarom het geloof in goden verspilling is van tijd, talent en leven. Met andere woorden: als de 'atheisten' dan toch ter verantwoording worden geroepen voor hun ongeloof, moeten zij zich inderdaad maar gaan bezig houden met het doorprikken van de redeneerfouten van de godsdienstige theorieen en de historische fundering van de godsdiensten. Michel Onfray roept daarom op tot een 'atheologische wetenschap', die als doel heeft: het deconstrueren en ontmythologiseren van de godsdiensten, het ontmantelen van de theocratie en het formuleren van een nieuwe, post-christelijke ethiek.
De atheologie zet alle wetenschappelijke disciplines in om de godsdiensten te ontmaskeren en een maatschappijfilosofie te ontwikkelen die zich richt op het menselijk geluk en de ontwikkeling van mens en maatschappij, op een manier dat zowel het individu als de samenleving als geheel ervan kan profiteren. Ons doen en laten richt zich naar het nut en geluk van anderen, zonder te dreigen met hemel en hel na de dood om een bepaald, ongemotiveerd doen of laten af te dwingen.
Uitgangspunten van de atheologie zijn:
- deconstructie van de monotheïstische godsdiensten
- ontmythologisering van de joods/christelijke/islamitische traditie, en
- ontmantelen van de theocratie en het uitwerken van een nieuwe, post-christelijke ethiek.
De 3 monotheïstische godsdiensten stammen af van dezelfde loot. Ondanks hun kern van onbuigzame wetten die de eenheid van godsdienst moet afdwingen, ontstaan er voortdurend schisma’s en nieuwe, even onbuigzame stromingen, die elkaar vanwege de verschilpunten eeuwig naar het leven staan. Die kern bestaat uit, Onfray samenvattend:
- een berg van haatgevoelens die in de geschiedenis met geweld is opgelegd door mensen die beweren de vertolker van god te zijn.
- een afkeer van intelligentie en de vrije rede, ten gunste van gehoorzaamheid en onderworpenheid aan een god die ‘alles’ weet.
- de dood verkiezen boven het leven, een denkbeeldig hiernamaals superieur achten aan het werkelijke leven op aarde.
- afkeer van vrouwen en vrije seksualiteit
ontmythologisering van de joods/christelijke/islamitische traditie
Beantwoord de vraag hoe een mythe wordt gefabriceerd bijvoorbeeld aan de hand van deconstructie van het christendom. Hoe ontstond het concept van ahistorische figuren als Jezus en Mohammed? Deconstrueer en ontmantel de verzinsels, maar beantwoord ook de vraag hoe de neurose zich over de wereld kon verspreiden
ontmantelen van de theocratie en het uitwerken van een nieuwe, postchristelijke ethiek
Deconstrueer de theocratieën die een politiek uitvoeren van een zogenaamde god die zelf niet spreekt, maar die zich laat gelden via priesters en profeten en anderen die de woorden van god interpreteren en uitvoeren. Nadat zo helder geworden is hoe deze godsdienstige moraal ons ethisch besef heeft beïnvloed, begin dan met het uitwerken van een ethiek die vrij is van een moraal volgens welke de kwantiteit van het leven belangrijker is dan de kwaliteit, en die het eeuwig leven na de dood hoger acht dan het leven op aarde, en het lijden als middel tot loutering beschouwt in plaats van het te bestrijden.
Dit is zo'n uitnodigende strategie dat deze website het toepassen van de atheologie en het ter discussie stellen van Onfrays stellingen als subdoel heeft gesteld.
Geen centrale leer
'Atheïsme' is op zich geen beweging. Er is geen eigen centrale leer, geen dogma, er zijn geen geboden en verboden. Atheïsme is ook niet 'goed'. Het is gewoon een verzamelterm voor mensen en ideeën die zich niet bezighouden met goden en godsdiensten, maar met de wereld om ons heen. Voor de atheïst staat niet de zoektocht naar de goden in de alledaagse werkelijkheid centraal, maar de alledaagse werkelijkheid zelf.
Juist omdat atheïsten gewoonlijk een centrale leer afwijzen, zijn seculiere en humanistische opvattingen zo versnipperd dat ze amper tegenwicht kunnen bieden tegen (imperialistisch ingestelde) machten zoals de kerk en de islam, die wel even bepalen wat alle gelovigen geloven en vinden. Het atheïsme heeft geen zekerheden paraat, en twijfel aan de eeuwige geldigheid van opvattingen wordt niet verhuld. In het publieke debat walsen stromingen die uitgaan van onwankelbare dogma's over degenen heen die niet met absolute stelligheid hun kennis en waarden verdedigen. Daardoor lijkt soms de allang bewezen maar complexe evolutietheorie, die nog altijd niet aan vele ongeschoolde gelovigen kan worden uitgelegd, in het debat over 'god of wetenschap' soms zwakker te staan dan de anti-natuurlijke fabel van de god die de mens schiep uit klei.
Het atheïsme doet te weinig aan propaganda
Doordat het wereldbeeld zonder god niet speciaal wordt gepromoot, raakt het aandeel niet-religieuze, humanistische en seculier ingestelde bewegingen ondergesneeuwd door de fanatieke religieuze bewegingen die hun ideologie wel graag in de schijnwerpers zien staan.
Een voorbeeld van een gevolg van dit gebrek aan collectivistische geprofileerdheid was bijvoorbeeld dat de Nederlandse humanistische omroep zendtijd verloor aan een moslimomroep, die vergeleken bij het aantal moslims onevenredig veel zendtijd kreeg, terwijl het aantal seculieren, humanisten en atheisten in Nederland minstens tien keer zo groot is. De islam profileert zichzelf veel sterker en eist centrale aandacht op, ondanks het kleine aandeel moslims in Nederland. Het seculiere denken krijgt zodoende nauwelijks kans zichzelf te presenteren, vergeleken bij godsdiensten. Naast hun officiële promotiekanalen ontvangen de godsdiensten voor de op zich seculiere staatstelevisie nog eens veel meer extra subsidie en zendtijd om reclame voor hun ideeën te maken dan seculiere groepen, om maar te zwijgen over mensen die een expliciet atheistisch gedachtegoed aanhangen.
In Nederland is dit al opmerkelijk, maar in veel landen waar de kerk meer invloed heeft op de bevolking, zoals in Polen en Griekenland, lijkt het of de kerk in samenwerking met de overheid onverholen de strijd aan het atheïsme heeft verklaard.
Individualisme is voor veel seculieren erg belangrijk. Maar misschien zou het verstandig zijn als atheïsten de krachten bundelen, en belangstelling ontwikkelen voor het historische aandeel van atheïsme in de ontwikkeling van onze maatschappij, gezamenlijk in discussie gaan over de betekenis en de rol van het atheïsme, en zich gaan bezighouden met het stimuleren van een atheïstische visie op de maatschappij. Vervolgens kan worden bekeken hoe die ideeën in de praktijk kunnen worden gebracht. Dat zou niet alleen op landelijk, maar ook op Europees of mondiaal niveau moeten plaatsvinden.
Atheïstisch evangelisme en dawa doen
Zo'n onderneming om je eigen geschiedenis op de voorgrond te plaatsen en jezelf te promoten dreigt in te gaan tegen het enige vage credo dat de atheist heeft: wij hebben geen credo, iedereen observeert zelf de wereld, en komt tot zijn eigen wereldbeeld.
Atheïsten die zich profileren krijgen regelmatig verwijten van ongelovigen die juist een hekel hebben aan de zendingsdrang en alwetendheid van de gelovigen. Zij beschouwen verdedigen van het atheïsme als precies dat domineegedrag waar ze niet mee willen worden geassocieerd. Maar we moeten toch iets doen, wil je niet het vermogen verliezen in het debat overeind te blijven tegen de retoriek van mensen die gewend zijn onbewezen en foute waarheden te verdedigen.
Eenheid en diversiteit: de kunst van het samenleven met andersdenkenden.
Het motto bij zo'n bundeling zou dan ook kunnen zijn: eenheid en diversiteit. Dat houdt in dat we niet uit een heilig boek oplepelen hoe het atheïsme de wereld dient te structureren, en hoe de atheïst zich dient te gedragen. Het houdt in dat we analyseren hoe de maatschappij werkt, en proberen te begrijpen hoe mensen met verschillende opvattingen op elkaar reageren. In plaats van taboes te vermijden of toe te geven aan kinderachtige gekwetste gevoelens en defensief gedrag moeten we de confrontatie met andersdenkenden aangaan, om op een volwassen manier over verschillende inzichten te leren praten.
We streven ernaar dat alle mensen, met hun verschillende aanleg en verlangens, een plaats in deze maatschappij kunnen vinden. Seculieren richten hun blik op de wereld en de mens, en willen zich niet laten leiden door wanen en euforische hoop.Maar daarbij moet rekening worden gehouden met andersdenkenden. Er moet worden voorkomen dat ongelovigen door het gebrek aan overeenstemming zo gefragmenteerd en als groep doelloos worden dat ze zich als 'schapen' door religieuze zeloten, die wel een missie hebben, laten overrompelen en verdrijven.
Een atheïstische eenheid wordt niet bereikt door elkaar bestrijdende opvattingen uit te bannen om als 'eenheid' samen te leven, volgens de collectivistische criteria van één taal, één volk, één godsdienst, één leider. Wij moeten streven naar een maatschappij die tegemoet komt aan de verschillende en wisselende behoeftes van ieder individu. Op die manier worden wantrouwen, frustratie en conflicten zoveel mogelijk voorkomen, en kunnen mensen zich zo goed mogelijk volgens hun eigen behoeftes ontplooien.
Auteur:
Dit artikel is 2208 keer gelezen.
vier reacties